Sneeuw

Dit verhaal verscheen in december 2014 in de Ondercast kerstspecial.


Canada - December 1992

“Dit,” roept Matthew terwijl hij met zijn armen een allesomvattend gebaar probeert te maken, “betekent niets meer voor mij! Dit hele onderzoek is waardeloos!” Kenneth en Shawn kijken Matthew geschrokken aan en zien hoe hij de deur van de blokhut hard achter zich dichttrekt.



Ze zitten nu al zo’n vijf maanden in een blokhut onderaan de Rocky Mountains. De drie heren waren hun onderzoek naar Bigfoot samen begonnen, maar na drie maanden tevergeefs in de dennenbossen ploeteren had Matthew er genoeg van. De universiteit stuurde niet één, maar twee nieuwe onderzoeksassistenten, Mary en Mona. “Om de vertraging in te halen. Hopelijk redden jullie het met zijn vieren om voor de feestdagen klaar te zijn,” had de universiteit gezegd.



De tweede meiden zorgden niet alleen voor een meer opgeruimde, minder studentikoze sfeer in de blokhut, maar ze hadden ook twee kratjes met langspeelplaten en diepvriesproducten voor het kerstdiner meegenomen. In Mary’s krat zat het complete oeuvre van UB40 en Bob Marley’s Legend.



Nu de avonden steeds langer worden, brengen de vier steeds meer tijd samen door, liefst voor het knisperende haardvuur. Luisterend naar Mary’s reggae platen en ondertussen slurpend van de warme chocolademelk met rum, zijn Kenneth en Shawn zich gaan afvragen waarom de blanke reggae van UB40 onderdoet voor die van Bob Marley. En of het voor een blanke überhaupt mogelijk is om echte reggae te maken.



En vanaf dit moment gaat alles fout.



Wat begon als dronken gefilosofeer bij het haardvuur is voor Kenneth inmiddels een serieus onderzoek geworden. Zelfs sinds twee weken geleden de eerste sneeuw viel en hij zich dus eigenlijk weer fulltime op de zoektocht naar Bigfoot moeten richten, besteedt Kenneth veel van hun tijd en onderzoeksgeld aan het analyseren van ritmes in blanke en zwarte reggae.



Soms zit hij uren achtereen loom en ritmisch met zijn hoofd te knikken, terwijl hij van zijn chocomelk nipt en in het vuur staart. Als hij geluiden hoort, denkt hij vaak dat Shawn een triootje met Mona en Mary heeft. Niet uit geilheid, maar om warm te blijven. Soms krijgt hij een stijve, maar nooit betast hij zichzelf. Vaker en vaker valt hij in de stoel voor de haard in slaap.



Het is de dag voor kerst, als Mona en Mary pootafdrukken vinden, vermoedelijk van Bigfoot. Ze meten de afdrukken op, maken een gipsen afgietsel en keren pas ‘s avonds laat weer terug. Shawn staat in de keuken diepvriesgroenten in een diepvrieskalkoen te stoppen. Vol trots laat Mary de afdruk zien en zegt: “Kijk eens! Het is te donker nu, maar we verwachten nog meer aanwijzingen te vinden. Morgenochtend gaan we terug, de radio heeft het over een storm, maar voor die tijd zijn we weer thuis.” Vol verbazing kijkt Shawn naar de gipsafdruk. “Maar dit… dit is geweldig! Dit moeten we vieren! Waar is Kenneth?” “Kenneth zit op zijn kamer. De deur potje dicht,” roept Mona vanuit het voorraadkeldertje. “Is er nog drank om het te vieren?” vraagt ze. Maar Mary en Shawn horen het niet. Zij staan voor Kenneth’s deur en kloppen aan. Na diverse pogingen klinkt plots Kenneth’s stemgeluid: “The one MC Shawn! Kenneth is er niet! Hij is bezig. Morgen, morgen ben je de eerste.”



Eerste kerstdag vertrekken Mona en Mary al vroeg om meer sporen te vinden. Shawn belooft de twee dat hij na de feestdagen direct contact opneemt met de universiteit om over de vondst te vertellen en vervanging voor Kenneth te vragen. Hoewel het onderzoek naar Bigfoot zíjn thesis betreft, is de situatie onwerkbaar geworden. Zowel qua tijd als geld kost Kenneth meer dan hij oplevert.



Shawn zet de spullen voor de kerstmaaltijd op het aanrecht klaar en loopt met twee mokken warme chocolademelk naar de kamer van Kenneth.



“Weet jij waar Mona is?,” vraagt Kenneth zonder op te kijken.
“Die is allang weg,” antwoordt Shawn, terwijl hij een kop naast de mini kerstboom op Kenneth’s bureau zet.
Kenneth kijkt hem aan: “En Mary? Waar is zij?”
Shawn zegt: “Mary is met Mona mee. Ze zijn in ieder geval hun handschoenen vergeten.”
Kenneth knikt en laat een zacht ‘uhmm’ horen. Shawn pakt een stoel bij het berenvel vandaan en schuift hem over de houten vloer naar Kenneth’s bureau. Het bureau ligt vol met bladmuziek en wetenschappelijke berekeningen over ritmes en maat. In het bureaublad is met een brievenopener recent een tekst gekerfd:
“I am the king of Kinstontown!
A licky boom boom down!”
In de ruimte hangt groene en rode kerstverlichting.
“Kenneth, we moeten praten,” zegt Shawn zacht.
Kenneth hoort hem niet en bladert door de papierstapels. “Wist je Shawn, dat Yellowman tot nu toe de enige goede blanke reggae artiest is? Maar hij is een albino, dus eigenlijk telt dat niet echt. Wij moeten daar wat aan doen Shawn. Wij samen. Naar Jamaica, weg hier uit die kut… kutsneeuw.”
Shawn reageert niet, dus Kenneth gaat verder: “Luister... luister! Ik heb een ritme berekend!” Kenneth pakt de brievenopener en begint ermee op het bureau te trommelen. Met zijn mond zet hij de klanken kracht bij. “Pam pam pam padadampa-dampadammm padamba damm.”
Shawn staat op en verheft zijn stem: “Kenneth! Stop! We moeten praten, je moet weg hier.” Verschrikt kijkt Kenneth op.
“Het onderzoek, Bigfoot. We moeten verder. Mona en Mary hebben afdrukken gevonden. We zijn echt zo dichtbij nu. We willen je vragen na de kerstdagen naar huis te gaan. Eet met ons en drink met ons, maar ga thuis verder met je reggae onderzoek en geef ons de kans Bigfoot te vinden.”
Terwijl Shawn zijn woorden uitspreekt, verandert er iets in Kenneths ogen. Zijn obsessieve blik wordt mat en kil, als een gloeilamp die uitdooft. Zijn rechterhand omklemt de brievenopener. Kenneth staat op. En haalt uit met de opener, recht in de arm van Shawn. Shawn voelt een stekende pijn en ziet Kenneth nog een keer uithalen. Kenneth steekt nog een keer, en nog een keer. Shawn smakt op de grond, in zijn val trekt hij de papieren van het bureau mee. Vlak voor hij zijn bewustzijn verliest, ziet hij tussen de dwarrelende reggaeritme’s foto’s van Bigfoot.



Die avond zit Kenneth alleen aan het kerstdiner. Aan zijn handen draagt hij de twee paar dameshandschoenen. En terwijl hij met zijn linkerhand zo nu en dan een hapje tiramisu neemt klad hij met zijn rechterhand een tekst op een servetje: 
“Informer, you no say "daddy, me Snow, me I'll go blame"
A licky boom-boom down
Detective-mon said daddy me Snow me stab someone down the lane
A licky boom-boom down 



Populaire posts